Afbeelding

Pheidippides-loper

Algemeen

HUISSEN - Wat is wat. Loop je voor het eerst hard, dan komt er nogal wat op je af. Niet alleen dat je (vaak) merkt dat je minder kunt dan je dacht. Ik kon de eerste keren niet meer dan een paar honderd meter hardlopen om vervolgens te moeten uitrusten.

Ik denk dat veel beginnende lopers iets vergelijkbaars zullen ervaren. Bij Pheidippides krijg je begeleiding om deze fase zo snel achter je te laten om je te kunnen richten op het gestelde doel. Jij bent zover gegaan dat je bij De Brink staat in je hardloopkleren Chapeau. De trainer is er ook. En na een rondje voorstellen gaat het beginnen.

De eerste opdracht is een stukje wandelen. Zo, dat lukt nog wel. Vervolgens mag iedereen steviger doorstappen, om even later rustige te dribbelen. De eerste nieuwe term. Gelukkig doet de trainer het voor en is het tempo goed te volgen. Het lijkt immers nog op wandelen. Het wordt moeilijker wanneer je 'warm' gelopen bent. Je mag de aansluitpas gaan doen. Hierbij loop je niet met je neus naar voren, maar huppel je met een van beide oren in de looprichting. Het is een soort van sprongetje wat je moet maken. Kun je dat, dan moet het andere oor naar voren.

Rare jongens die lopers, denk je mogelijk bij jezelf. Het zal wel ergens goed voor zijn. Laat je niet ontmoedigen als je telkens weer aanwijzingen krijgt om de oefeningen goed te doen.

Uitgelicht

Digitale krant