Afbeelding
Foto:

Pheidippides Loper: Adrenaline

HUISSEN - Ik zit uitgeblust op de bank, het is donderdagavond. Bijna een hele week gewerkt, misschien niet zo heel goed geslapen de afgelopen dagen. En ja hoor, daar komt de donderdagavondvraag. Ga je nog hardlopen. Nee zegen kan niet, want dat is gedrag van watjes is en dat wil ik natuurlijk niet zijn.

Ik sleep me naar boven. Onderweg hoop ik stiekem dat mijn hardloopkleren nog niet uit de was zijn. Helaas alles ligt fris in de kast. Omgekleed weer beneden. Nee ik kan niet zeggen dat ik er al zin in heb. Zitten, zitten en nog eens zitten is het enige wat ik wil, maar ja een watje wil ik niet zijn, dus doe ik even later de deur achter me dicht en dribbel ik langzaam naar de start. Daar aangekomen ben ik mijn slechte humeur alweer kwijt. Immers de lopers die daar klaar staan kunnen er ook niets aan doen. Wat ik zo fijn vind aan een training is dat ik dan bijna nergens over kan nadenken. Mijn hele lijf is bezig met lopen, bijblijven of even heel hard weglopen, om natuurlijk toch samen af te sluiten. Aan het eind van menig training, waar ik brak aan begon, heb ik het gevoel eigenlijk nog best wel even naar Nijmegen open neer te kunnen. Ik doe het niet, want dan zou het thuisfront ongerust worden en dat is niet de bedoeling. Na het douchen kan ik de hele wereld aan en is er van het brakke gevoel niets meer over.