Gelijk

Onze tuin ligt op het zuidwesten. Met een beetje zon kunnen we op het terras tegen ons huis buiten eten. Er was zon, aangename temperatuur, maar een straffe wind joeg ons naar binnen. Bij noordwesten wind raast het om de hoek over het terras. Diezelfde avond meldt de weerman in het Achtuurjournaal dat de volgende dag wind uit het noorden komt. Dat wordt weer niks, zeg ik mopperend. Met noordenwind zitten we precies uit de wind, zegt mijn vrouw. Dat we uiteindelijk toch binnen moeten eten mocht geen reden zijn om de volgende dag mijn gelijk te claimen. Nee, zegt mijn vrouw, de wind is onverwacht naar het noordoosten gedraaid. Daar krijg ik het heen en weer van. Wanneer krijg ík eens gelijk. Mijn stukje van 15 januari: ‘Behoud van het landschappelijk karakter. Lingewaard bouwt 1000 woningen. Voor eigen inwoners? Aan m’n hoela, Amsterdammers verkopen voor de hoofdprijs hun grachtenstulpje en staan dan aan de plattelandspoort te dringen om hier als een vorst ‘rustig’ te kunnen wonen.’ Geen sjoege uit de politieke bubbel. Nu las ik mijn gelijk in opiniestuk van een stedenbouwkundige. ‘Laten we de trek naar het platteland zien te voorkomen en de kleine kernen laten zoals ze zijn. Zodat we er, als bezoekers, af en toe van hun schoonheid en rust kunnen genieten.’ Juni 2019 jubelt het college dat in mei 2020 over de Waal in Bemmel een fiets- en voetveer vaart. Uit mijn pen kwam in de krant dat het college volgens de veerbaas te enthousiast was. Hij heeft geen geschikte veerpont. Er is in Europa geen aanbod van occasions en hij is aangewezen op kostbare nieuwbouw. Geen sjoege uit politieke bubbel. 9 april meldt toeristenwethouder Theo Janssen dat de veerbaas zich heeft teruggetrokken. Ondanks de tegenvaller zegt hij op zoek te gaan naar een veerbaas. De realisatie van een aanlegsteiger gaat zonder perspectief op een veerboot en baas gewoon door. Ik hoef geen gelijk maar krijg hier wel het heen en weer van. Sjaak