Afbeelding
Foto:

Naar Hemmen

Tijd om de Wageningsestraat op te zoeken, op weg naar de Linge. Net voor de brug is links – je kon er op wachten – de Heldringstraat. Die brug, overigens, heeft twee doorgangen. Dat getuigt nog van het bestaan van de Waal- en de Rijnwetering.

Bij het bord ‘Parkeren Bezoekers Landgoed Hemmen’ even verderop begint een wandelpad vlak langs de Linge, die zich hier al een beetje als een echte rivier voordoet: zij heeft zich hier al slingerend door een oeverwal moeten wringen. Eikenbomen en meidoorns langs het pad, rietkragen aan de oevers, boomgaarden aan de overkant. Een zilverreiger wijst me de weg: steeds als ik te dichtbij kom vliegt-ie op, om een meter of dertig verderop weer aan de waterkant te gaan staan. Waterhoentjes schieten schokschouderend alle kanten op.

Ineens staat daar pal aan het water een huisje in zakformaat, muren van oude stenen, kleine ramen, een puntdak met rode en blauwe dakpannen. ‘Hier kun je overnachten’, vertelt een bordje. Het voormalige washuisje van Huis Hemmen is nu dus een B&B. Maar het ís er nog. Dat kun je van het Huis zelf niet zeggen.

Het pad voert over een bruggetje, de Linge voedde hier de kasteelgracht. Achter de spreekwoordelijke open plek in het bos zie ik het kerkje van Hemmen. De machtige beuken in het kasteelpark laten aarzelend hun eerste blaadjes zien. Aan de rand van het nu golvende pad bloeien de narcissen, de onvermijdelijke huis-tuin-en-keukeneenden dobberen op de waterpartijen links en rechts. De andere vogels houden zich nog vooral schuil. Ik zie alleen een paar kraaien en ik hoor een specht.

Wat is het landschap hier anders dan overal eerder op mijn tocht.